Leven met dementie
Deze website is een archiefversie. Lees hier meer.

Open Deuren: de aanpak van Heerma State

Redactioneel - 06-12-2017

Heerma State van Stichting GroenhuysenWZC Heerma State van stichting Groenhuysen ontving dit najaar het Waarborgzegel Fixatievrije Zorginstelling, met 1 ster. En ze zijn hard op weg naar de tweede ster. Bewoners kunnen binnen en in de tuin vrij bewegen, en degenen die het aankunnen kunnen ook zelfstandig de wijk in met een GPStracker. Karin Ernest, manager zorg, vertelt hoe ze het hebben aangepakt.

‘Heerma State is een woonvooorziening van twintig groepswoningen onder één dak’, vertelt Ernest. ‘Vier jaar geleden groeide het bewustzijn dat onze bewoners meer bewegingsruimte moesten krijgen. Bewoners konden door de woningen lopen en over de gang die de woningen verbindt, maar de buitendeuren waren gesloten. Maar we wilden dat elke bewoners zelf kan bepalen wanneer hij/zij naar buiten gaat, en dat ook zelfstandig kan doen: onafhankelijk dus of er iemand is om mee te gaan. Meer vrijheid leidt ook als vanzelf tot meer bewegen, en dat is goed voor lichaam en geest. Het dementeringsproces kan er niet door worden gestopt, maar bewezen is dat de kwaliteit van leven er door bewegen op vooruit gaat. Bovendien zijn 32 bewoners jonge mensen met dementie. Zij zijn fysiek nog heel sterk en vitaal en hebben veel beweging en bewegingsruimte nodig.”

Huiverig

Hoe heeft Heerma State het aangepakt? Karin Ernest: ‘We zijn begonnen om eerst de deuren tussen twee woonerven open te zetten. Een woonerf bestaat uit vier woningen. De medewerkers van die woningen waren wel huiverig toen dat gebeurde, want “straks zijn we alle bewoners kwijt” en “zouden de bewoners niet heel erg van slag zijn als ze in een onbekende omgeving komen?”. Maar dat alles viel mee, al snel kenden de medewerkers ook de bewoners van het andere woonerf en verliep het heel natuurlijk. Binnen drie maanden was het eigenlijk wel normaal. Een jaar later hebben we alle deuren van de benedenverdieping opengezet.’

Toestemming

‘Gaandeweg begon het te kriebelen. We wilden heel graag dat onze bewoners ook zelfstandig naar buiten konden. We hadden een grote tuin rondom ons huis, maar die was niet afgesloten. We ontwikkelende een plan om de tuin om te bouwen tot een belevingstuin, en onze Raad van Bestuur gaf toestemming om daarmee aan de slag te gaan. En vorig jaar was dat een feit.’

Meer loslaten dan we gewend zijn

‘Al onze bewoners dragen een tag. Als een bewoner in de buurt van de deur komt, gaat deze uit het slot, waarna de deur opengemaakt kan worden. Die extra handeling – het openmaken van de deur - bevordert de eigen regie. In een periode als nu, in najaar en winter, moeten we wel extra alert zijn, want bewoners lopen ook makkelijk zonder jas naar buiten. Maar iedere woning let mee op en haalt een bewoner even naar binnen om zijn/haar jas aan te doen. Familie geeft soms ook aan, “laat maar lopen, dat deed hij thuis vroeger ook al, hij had nooit een jas aan”. Wij moeten soms meer loslaten dan we gewend zijn.’

Persoonsgericht

‘De tags die de bewoners dragen kunnen voor iedereen anders worden ingesteld. Als een bewoner om wat voor reden ook niet naar buiten mag, zorgt het systeem ervoor dat de deur gesloten blijft. Verder kunnen we bijvoorbeeld in extreme weersomstandigheden met één handeling alle deuren ineens op slot zetten.’

Uitdagingen

Wat zijn op dit moment de uitdagingen? Karin Ernest: ’We hebben een paar uitdagingen. Op de eerste plaats: meer bewoners stimuleren om daadwerkelijk gebruik te maken van de tuin. Veel bewoners kwamen al niet meer buiten voor dat ze bij ons kwamen wonen. Dus dat zit niet meer in hun systeem. Daarbij vermindert initiatief natuurlijk so wie so door de dementie. Samen met familie en vrijwilligers proberen we nu te bevorderen dat het naar buitengaan weer onderdeel wordt van het dagelijkse patroon van bewoners. Een andere uitdaging is om bewoners te helpen bij de oriëntatie. De bewoners van de bovenverdieping kunnen via een lift (eveneens tag-gestuurd) naar beneden. Maar niet iedereen kan zich beneden goed oriënteren en de weg naar de tuin vinden en ook weer terug naar de eigen woning. Onze medewerkers zijn hier alert op en geven altijd hulp. Maar je gunt de bewoners ook op dit terrein zelfstandigheid. En we merken dat veel bewoners wel nog nieuwe dingen kunnen leren, en van dat lerend vermogen willen we meer gebruik maken. Daarnaast zoeken we in de inrichting van het gebouw naar manieren om het mensen makkelijker te maken om de weg te vinden. Tot slot: we zijn heel trots op onze tuin, maar we willen ervoor zorgen dat daar nog méér te beleven is voor bewoners. Onlangs maakte een school voor de tuin een Mariakapel, iets wat voor onze Brabantse bewoners een heel vertrouwd beeld is. Maar we hebben nog meer wensen, en daar zijn we sponsoren voor aan het zoeken. We hebben er goede hoop op dat we die gaan vinden.

Toon alle gerelateerde artikelen